Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Mijn zonde [9]maakte ik U bekend, en mijn ongerechtigheid bedekte ik niet. Ik zeide: Ik zal belijdenis van mijn overtredingen doen voor den HEERE; en Gij [10]vergaaft [11]de ongerechtigheid mijner zonde. Sela. 9. Dat is, maar als ik, enz. zo vergaaft Gij, enz. 10. Of, neemt weg. 11. De schuld en de straf, zodat ik mij met recht voor gelukzalig achtte, gelijk vs.1.